Banken in het Midden-Oosten en Centraal-Azië vertonen minimale blootstelling aan westerse economische chaos
Volgens de IMF-directeur dragen financiële druk bij aan de huidige spanningen
Volgens een IMF-topfunctionaris hebben de bankinstellingen in het Midden-Oosten en Centraal-Azië weinig exposure, ondanks de huidige bankinstabiliteit in de Verenigde Staten en Europa. Vanwege hoge rentetarieven, volatiele olieprijzen en jaren van dubbelcijferige inflatie ervaren deze instellingen echter financiële spanningen.
De directeur van de IMF-divisie Midden-Oosten en Centraal-Azië, Jihad Azour, verklaarde onlangs dat de huidige spanning in de banksector bijdraagt aan het toch al restrictieve monetaire beleid dat de rente opdreef en lenen moeilijker maakte.
Azour merkte ook de toenemende ongelijkheid op tussen de lijdende staten en de naties met solide krediet en toegang tot markten, zoals Jordanië, Marokko en degenen die olie verkopen.
Azour uitte zijn zorgen over de gevaren die zijn geëscaleerd, waaronder hoge rentetarieven, geopolitieke onrust en toenemende volatiliteit van de olieprijs, wat heeft geleid tot een stijging van de inflatie met dubbele cijfers gedurende drie jaar op rij.
Azour benadrukte dat de dreiging die nu uitgaat van buitensporige schulden en de mogelijkheid van sociale onrust groter is dan financiële stabiliteit. Vanwege de moeilijkheden die zich op sociaal vlak ontwikkelen, zaaiden ze ook twijfel over de levensvatbaarheid van het handhaven van strikte regels.
Volgens Azour wordt landen aangeraden om meer structurele veranderingen door te voeren om hun ontwikkeling met minstens één à twee procent te stimuleren in het licht van deze risico’s.